Ziektewijzer

Alle plantendelen kunnen geïnfecteerd worden. Wortelinfectie resulteert gewoonlijk in snelle verwelking van de plant. Geïnfecteerde wortels worden donkerbruin en de buitenste cortex laat gemakkelijk los. Kopinfecties beginnen als donkergroene, met water verzadigde laesies die donkerbruin worden naarmate ze uitbreiden. Een dwarsdoorsnede van de geïnfecteerde kop toont donkerbruine verkleuring die zich kan uitstrekken door de cortex. De bladsymptomen beginnen als kleine, onregelmatige, met water verzadigde laesies. Naarmate de laesies zich uitbreiden, droogt het geïnfecteerde weefsel in en wordt het geelbruin. Onder ideale omstandigheden voor schimmelgroei kan sporulatie op bladoppervlakken worden waargenomen. Geïnfecteerde stengels kunnen rondom worden aangetast en later afsterven. Vruchtlaesies lijken eerst donkergroen en met water verzadigd. Naarmate de infectie zich uitbreidt, verschrompelen de vruchten, maar doorgaans vallen ze niet af. Op de vruchtoppervlakken kunnen schimmelsporen en mycelium worden waargenomen.

Regenval, een natte bodem en slechte drainage bevorderen in het algemeen de ziekteontwikkeling en -verspreiding. In klimaten waar irrigatie wordt gebruikt kan langdurige bodemvochtigheid eveneens het wortel- en koprotstadium van Phytophthora bevorderen. De ziekteverspreiding volgt gewoonlijk de richting waarin het oppervlaktewater afvloeit. In klimaten met zware regenval treden bladverwelking en wortel- en koprot op. Spattende regen en wind verspreiden de ziekte van plant naar plant. Verspreiding kan ook plaatsvinden wanneer grond op apparatuur en schoeisel wordt meegenomen. Phytophthora capsici kan in tropische, subtropische en gematigde klimaten jarenlang in de bodem overleven.

Gebruik fungicide spuitmiddelen in combinatie met teeltpraktijken zoals waterbeheer en wisselteelt om Phytophthora Blight te beheersen. Plant op verhoogde bedden om waterafvoer van de plantenwortels af te bevorderen.